Indie. De foto’s

Je kunt je natuurlijk afvragen: waarom zoveel commotie, waarom voorpaginanieuws in de Volkskrant over uit de vuilnisbak opgeviste foto’s van executies in Indie. Natuurlijk, gruwelijk, je ziet het live gebeuren, het zand spat op, op de volgende foto liggen de Indonesiers vervolgens op hun buik in een open massagraf. Maar we wisten toch dat er standrechtelijk werd geexecuteerd, we wisten toch dat er dorpen zijn platgebrand, en dat niet alleen tijdens de zogeheten politionele acties? Een tijd geleden had ik een interview met de Utrechtse promovendus en cultuurwetenschapper Paulus Bijll die aan de hand van foto’s van oorlogsmisdaden in Indie tot deze conclusie kwam dat we collectief lijden aan afasie: we kunnen er niet over praten, als een slecht familiegeheim.

De twee haarscherpe foto’s die het gruwelijkst waren, zijn genomen in Koetö Réh aan het begin twintigste eeuw op Sumatra tijdens de Atjeh oorlog. Een regiment KNIL soldaten staat achter op een houten palisadepalissade. Ze kijken neer op een oorlogstafereel bestaand uit afgehaakte bomen, platgebrand riet en lijken in verwrongen houdingen. De slachtoffers zijn slechts gewapend met stokken en ouderwetse geweren. Soldaten triomferen, sommigen hebben hun voet nonchalant op het hek de wal gezet of zijn er relaxed op gaan zitten. In het midden van de foto staat een soldaat, schijnbaar alleen. Nauwelijks zichtbaar op de grond naast hem, rechts zit een levend naakt kind, het lijkt gevangen onder een paar omgevallen palen.

De foto’s werden voor het eerst gepresenteerd in 1904. Bijls stelling: Nederland wist van de feiten, kende de gruwelijkheden, want op diverse momenten in de twintigste eeuw doken ze weer op, maar vervolgens kon men er niet over praten. En zo rekenden we nooit af met het verleden.

Bijl: ‘Deze en nog een andere foto troffen mij enorm. Ze maken deel uit een ongeveer 150 foto’s die het KNIL presenteerde na een grote expeditie in Atjeh. Het koloniale leger wilde laten zien dat het vorderingen maakte in Indie, dat het deel was van een imperialistische onderneming die moest slagen. In die zin waren het zeker propagandafoto’s. Maar voor ons is het niet meer voor te stellen dat je met lijken als oorlogstrofeeën je doel wilt bereiken. Dit soort foto’s zou nu alleen nog tevoorschijn komen dankzij een dappere journalist, clandestien.’

Bijl: ‘Nederland isoleerde de gewelddadigheden, we hielden onszelf voor dat zulke dingen gebeuren, maar dat het uiteindelijke doel, imperialisme kolonialisme goed was. Historicus Schulte Nordholt heeft daarentegen juist gesteld dat Nederlandsch-Indie een staat was gebaseerd op geweld. Maar daarover is in Nederland nog steeds geen overeenstemming.’

Toch wil Bijl niet spreken van een doofpotcultuur rond de Nederlandse oorlogsmisdaden in Indie. ‘Mijn stelling is dat alles over Indie altijd bekend is geweest, maar dat er mechanismen in de samenleving werkzaam zijn die het gesprek toch niet op gang laten komen. Aan de hand van de foto’s die blijven opduiken, kan ik laten zien dat er iets anders aan de hand is. Ik spreek het liefste van culturele afasie: we hebben geen woorden en taal om te verwoorden wat er is gebeurd. Ze rijmen niet met de nostalgische verhalen van de totoks van tempo doeloe, ons mooie Indie.

”In Engeland en Frankrijk zie je precies diezelfde culturele afasie, ook daar kijken mensen terug met nostalgie en heeft de samenleving geen rekenschap afgelegd van een gruwelijk koloniaal verleden. Dit in tegenstelling met tot Duitsland bijvoorbeeld met betrekking tot de Tweede Wereldoorlog: daar vind je op straat grote borden met: “Vergiss nicht!’’ Bijl noemt het uitblijven van een algemene discussie en visie op ons koloniale verleden, een soort metafysisch familiegeheim: ’Iedereen is op de hoogte, maar zonder dat mensen dat bewust doen gaat het gesprek toch over iets anders.’

Ik vind het plausibele verklaring. En ik ben erg blij dat we geen traditie blijken te hebben op het gebied van het wegmaken van foute foto’s van soldaten in den vreemde. Hulde aan de vuilnisman en de gemeente Enschede die het belang ervan in zagen. Hoogste tijd om het familiegeheim te onthullen.